Meer weten

Meer weten over De Opstanding van Lazarus, door Albert van Ouwater
De opwekking van Lazarus is volgens het evangelie van Johannes het laatste publieke wonderteken van Jezus. Bij dit wonderteken doet hij ook een ‘Ik ben’-uitspraak: ‘Ik ben de opstanding en het leven. Wie in mij gelooft zal leven, ook wanneer hij sterft.

Lazarus was heel erg ziek maar zijn vriend Jezus had geen tijd om hem op te zoeken. Pas toen het doodsbericht van Lazarus kwam, ging hij er heen. Hij gaf opdracht het graf open te maken terwijl het lijk van Lazarus er al vier dagen in lag. Doe het niet, zeiden de nieuwsgierige omstanders, het zal stinken. Jezus deed het toch, en het wonder was dat Jezus de dode Lazarus weer tot leven wekte en uit het graf liet opstaan. 

Nb. In de middeleeuwen werden uitsluitend mensen die het betalen konden in de kerk begraven, onder een grafsteen. Zij werden (ook bij leven) rijke stinkerds genoemd.

Op het schilderij staat links de familie van Lazarus; de vrouw in de rode mantel is de zus van de overledene die Jezus waarschuwde. Jezus is de man in een donkergroene mantel met opgeheven hand. Gerard David schildert de volwassen Jezus steeds op een vergelijkbare manier (bijvoorbeeld bij de bruiloft te Kana en op het schilderij waar hij afscheid neemt van zijn moeder) als zijn eerste leermeester.

Jezus wekt Lazarus uit de dood.
Jezus neemt afscheid van zijn moeder.
Jezus zit aan tafel bij de bruiloft te Kana.